Op sociale media bepalen AI-algoritmes wat jij ziet in plaats van de tijdlijn. Ze kiezen berichten die je aandacht trekken, wat vaak leidt tot emotionele of polariserende content. Dit zorgt voor filterbubbels, waarin je vooral meningen ziet die lijken op die van jou.
Een groot deel van de accounts online zijn geen mensen, maar bots. Ze reageren, liken en delen automatisch om inhoud te promoten of discussies te beïnvloeden. Geavanceerde AI maakt het steeds lastiger om echt en nep te onderscheiden.
AI kan teksten schrijven die bijna menselijk lijken. Toch missen ze vaak persoonlijkheid of nuance. Sommige tools helpen bij het herkennen van AI-teksten, maar het onderscheid wordt steeds moeilijker.
Lang scrollen op AI-gestuurde content kan leiden tot stress, verslaving en vervreemding. Jongeren melden vaker een lager zelfbeeld door perfecte content en constante vergelijking met anderen.
Deze theorie stelt dat het internet grotendeels 'dood' is: veel content en interactie zou nep zijn, gemaakt door bots of AI. Hoewel overdreven, wijst het wel op een groeiend probleem van kunstmatige activiteit en verdwijnende menselijkheid online.
Zoek bewust menselijke gesprekken op. Videobel, spreek af, en beperk tijd op algoritmisch gestuurde apps. Let op generieke, foutloze teksten – vaak een teken van AI. Kritisch blijven is de sleutel.